Verbrijzeld door de smart,
luister ik naar een klaagzang.
Waarbij een traan de gevel tart
van mijn melancholische wang.
Het maanlicht schijnt door het raam
dreigend,sluw en onheilspellend,
hoor ik weer die smacht naar jou
bestaan door een vreemde klank
in mijn oor vertellend.
............