("Loflied..." is nog maar een werktitel, suggesties....?)
Hij heeft de hand niet aan zichzelf geslagen.
Maar kon haar feilloos raken,
kwam binnen met gestreel,
vulde verse wonden met
"geheimen" en wat eeuwigheid.
Sloeg de deur achter zich dicht
en vergat haar naam.
Het tijdeloze wachten,
is wat haar nog rest,
het vergeten van
en het blijven lachen.
En vergeven
is haar stilte.
(Dit is een ode aan iedereen die ooit misbruikt is of machteloos heeft moeten toekijken. Ik ken geen gedicht dat de pijn kan verzachten, geen hand die de littekens verbergt, alleen een heel klein woordje: Sterkte allemaal, en heel veel liefs....)