Vuile rozen op de stoep
platgetrapt door een stoet
zwart-grijs gekostumeerde mensen
met de handen geklemd om hun hoed
want de wind is hard aant blazen
en net voor een Armanischoen zou landen
op het vliegdek van de roos
heeft de wind haar weggestolen
en als kind opgepakt in zijn schoot
dwarrelend langs de boulevard
valt het opt groene gazon
mettertijd is zij begraven
vruchten van de ouderdom
baarden een prachtige rozenstruik
van haar schoonheid kwam men stelen
eens zo zwart-grijs als de nacht
ist nu zomer in elk kostuumzakje in de straat