Ik haat deze wereld,
omdat het lijkt dat wij mensen,
het verstand verafgoden
en de zin van het bestaan verminken.
Ik breek mijn kop open met een notenkraker,
schreeuw als de meeuwen van Essaquira
naar het bedrijvig volk marcherend in de straten.
'Kom zien,er is niets in mijn hoofd,
niets groeit of leeft.
Kom zien naar deze leegte,O zo groot als een voetbalveld.
Kom zien naar de ruines van deze geest,
naar de sporen van vernieling en dood.
Er was gevochten voor liefde,
die geen liefde kon zijn,
voor vriendschap die geen vriendschap kon zijn.
Kom zien dat ik van haar gehouden heb,
dat ik haar naam overal opgeschreven heb,
dat graffiti is toegelaten in de geest.
Zij was zo mooi,
waar zij ook ging,
bleef de zon aan haar zij.'
De mensen passeerde zonder om te kijken,
ik sloot mijn kop,
zong in duistere gedachten,
een liedje voor haar,
dat klonk als door een megafoon versterkt
in de leegte van mijn geest.