Je mag mijn tanden van de straat oprapen,
de vuile witte stukjes muil, wees snel,
het stof beloert ze al... je weet toch wel
waarom, waarom... waarom... ik moet gaan.. slapen?
Och kind, zo klein... het is het levensspel...
Ik deed mijn nagels van de vingers schrapen,
het gitzwart bord mijn tonen laten braken
mmm pijn... mezelf verlossen van het vel...
Och kind, verdwijn nu niet! mijn kleine baken...
de waarheid tikt en breekt wanneer ze wil,
terwijl ik barst, verliezen went... ik zal het staken
Ironisch, redding wenkt en ik... ik tril
en wauwel over afgedane zaken.
Genoeg! Het luiden klinkt en ik verschil