Morgen
Zachtjes wiegen hoge bomen
bladeren ritselen door de wind.
In de verte hoor ik 't lachen
en het zingen van een kind.
Ook hoor ik de vogels fluiten
onder hen een nachtegaal.
't Is alsof ze tot mij spreken
maar dan in een andre taal.
"Morgen" klinkt het in de verte
"Morgen" klinkt het, nu nog niet
Morgen zul je het weer horen
en verstaan, dat Hemels lied.