" Kobaltblauw is de hemel
wanneer de duisternis haar adem nog niet heeft genomen.
Donkerblauw is de hemel
wanneer de sterren hoog staan schijnen
en de maan haar licht om jou wikkelt.
De ochtend breekt aan,
de sterren worden als kaarsen in een zucht gedoofd
door de vingers van de zon.
Ik zie mijn weg duidelijk voor mij liggen...
Het leid me naar jouw hart
dat ik zo bemin.
Laat voor dit meisje nog wat sluiers oplichten...
Laat haar weten dat jouw hart op haar wacht...
Turend naar de horizon wacht zij op een silhouet
die naar haar zwaait
en haar met een lokkende stem toefluistert:
' Neem mijn hand en mijn hart en neem me mee
naar de wolken in de hemel en het paradijs in de zon. '
Dit meisje wacht op de oosterwind
die een zeker antwoord meeneemt,
voor haar hart bestemd. "