Wat een zonde
Wat een zonde om geen hoop te hebben, om alleen te staan voor iets dat je niet kan,
wat een zonde om het niet te redden, om afhankelijk te zijn van je man.
Wat een zonde om geen lust te hebben, om niet te weten wat liefde staande houdt,
wat een zonde om geen rust te hebben, of je nu jong bent of stokoud.
Wat een zonde om niet te kunnen huilen, en te uiten wat je denkt,
wat een zonde om niet boos te worden, en de ander te laten weten dat hij je krenkt.
Wat een zonde om niet te lachen, en vrolijk te zijn als je dat wil,
wat een zonde om niet te schateren, dat maakt een grapje zo enorm kil.
Wat een zonde om niet te schreeuwen, dat niemand laat weten dat hij je ziet,
wat een zonde om niet te fluisteren, lieve woordjes bestaan dan niet.
Wat een zonde om geen spanning te hebben, een hoge prestatie heeft dan geen nut.
Wat een zonde om geen zenuwen te kennen, zo is een aankomende liefde ook maar flut.
Wat een zonde om geen hoop te hebben, want alles valt daaronder wat je ook wilt of doet,
wat een zonde om dit niet te kennen, want dan valt het hele leven onder een laag zwarte roet.
Niets is meer onzeker, en beter worden kan het niet meer,
want alle mindere of slechte dingen, zorgen uiteindelijk voor de menselijke sfeer.
Lachen, huilen, schreeuwen of schelden, je hoopt hoe dan ook het goede te presteren,
dus als er maar genoeg hoop is, kan de mens het leven vereren.
smascha