Donkere schimmen glijden voorbij, je laat een glimp van je lach zien
Daarna verlichten alleen de sterren, kleine gaatjes in de totale duisternis
Blaadjes tikken zachtjes door het ruisen van de wind
Zwevend door de luchtstromen
Takken bewegen mee in het ritme dat nimmer stopt
De maan laat haar zien tussen het wolkendek
Zingende vogels in het holst van de nacht
Grijzig gras dat glinstert met al haar pracht
Witte wolken, als pluizige watten
Nooit hoef ik mij alleen te voelen
Soms raast de wind en dan beweegt alles mee
In de verte turend, uitgestrekt alleen