De grote boze wolf en ik
Op een dag liep er een wolf door de straten
Grommend naar ieder levend wezen
Naar die domme schapen die staan te blaten
Zonder angst liep hij daar te dolen
Totdat hij de meest vreemde dingen voelde
Hij probeerde het aan iemand uit te leggen
Tot zijn verbijstering wist ik wat hij bedoelde
Hij was niet langer alleen op zijn pad
En vergezeld van elkaar liepen we door de straten
Schuw voor ieder wezen dat langs kwam lopen
Zo bezig met elkaar dat we de tijd vergaten
Wij waren nog hier, terwijl t verhaaltje allang uit was…