dan de godvergeten mist die in me hangt
nat en vochtig breekt de traan me los
gaat dan varen met mijn wang ik klef
dan de zoutloze blik van de geliefde
die me negeert, zoemende vlieg
zak in de stront lijkt haar lip te zeggen
dan het hout van de bank waar we
het schrijfpapier met de vlekken van
de zon in de maand dat 'ie niet schijnt
dan het schilderij dat ik ooit voor je
de foto waarop jij me zoent omdat
onze families waren toch zo blij met
dan te bedenken dat we ooit een
beeld waren samen niet los van
mekaar geknipt gewoon op kodak
vastgelegd voor eeuwig en daarna
dan te bedenken dat mensen ooit jaloers
blikken op onze handdruk legden en
naar ons keken als zijnde ideaal
dat wij stervoetballers waren en zij idolaat
Auteur: Han Sterk | ||
Gecontroleerd door: christina | ||
Gepubliceerd op: 02 februari 2004 | ||
Thema's: |