Een vlakte
Zo groen en groot,
De plek waar ik wil zijn,
Een plek voor mijn dood.
Zal ik het bereiken
De plek ooit vinden,
Iets waar ik van droomde,
En waar ik mezelf niet hoef vast te binden.
Niet meer bang hoeven zijn
Het gevoel dat het beter is,
Een besluit dat ik nam,
Zonder enig gemis.
Dingen die ik achterlaat
Blijven zoals het was,
Niet meer denkend,
Hoe ik daar lag met op elke arm een kras.
Treur er niet om
Gezichten lijken gerust,
Misschien is het beter zo,
Ik deed het dan ook niet onbewust.
Laat mij gaan
Naar die vlakte van mijn dromen,
De plek waar ik wou zijn,
Waar vuur al het water op zal laten stomen.'