Geschreven na aanleiding van een opdracht over daklozen voor school.
Ik verzet me nog even,
Het lukt me niet.
Wat heb ik nog aan dit leven?
Ik ken alleen angst, moeilijkheden en verdriet.
Ik pak een spuit, het heeft toch geen zin.
Straks voel ik me weer super goed.
Langzaam spuit ik de vloeistof in,
Ik kan niet anders, ik moet!
De hele wereld kan ik nu aan,
Ik voel geen angst, moeilijkheden en verdriet
Overal kan ik tegenaan,
Schelen kan het me allemaal niet
Mijn slaapplaats onder de brug,
Lijkt een paleis.
Ik wil niet meer terug,
Mijn wereld is niet langer grijs.
Langzaam verdwijnt de waas,
Ik voel me slap en moedeloos.
Ik kan mezelf niet meer de baas,
Ik trek me terug in mijn doos.
Waarom moet ik nog verder leven?
Alles heeft voor mij geen zin!
Er is niemand die om me kan geven,
Er is geen familie, geen huis of gezin.
Ik verlang naar warmte, liefde, blijdschap.
Maar waar haal ik het vandaan?
In mijn hoofd hoor ik steeds die boodschap:
Door je eigen schuld ben je alleen komen te staan.
Ik had het zo graag anders gedaan in mijn leven.
Maar er is geen weg meer terug.
Ze zullen me niet kunnen vergeven,
En nu lig ik hier, onder de brug.
Voor altijd?