Ik leef voort
Sta niet te huilen bij mijn steen,
Ik ben niet dood, je bent niet alleen.
Ik ben de wind die waait over het land.
Ik ben in de sneeuw een glinsterende diamant
Ik ben het zonlicht boven het groeiende gerst.
Ik ben de regen die neervalt in de herfst.
En liefste als je s'morgens wakker wordt
ben ik die diepe zucht,
Of een van de rondvliegende vogels
hoog boven in de lucht.
Ik ben een ster die straalt in het duister.
Dus liefste huil niet en luister.
Sta niet te wenen bij mijn steen.
Ik ben er nog, je bent niet alleen.