Verliefd XI
Tussen luchtige lakens lig ik tegen jou aan in bed.
Het blisemt buiten, lichtflitsen verlichten even de hemel.
De deuren naar het balkon staan open op een kier.
De gordijnen wapperen zachtjes in de wind.
Ik hoor jou zachtjes ademhalen.
Een zo vertrouwd geluid
M'n arm ligt over je middel met m'n hand op je borst
Zacht kus ik je in je hals.
Ik ruik je zoetige geur van je huid.
De perzik lucht van je haren.
Wat houd ik ongelooflijk veel van je.
Ik stap uit bed en sla de lakens terug
Op het balkon kijk ik naar de bliksem
Een hemelse opera wordt gespeeld
De regen frist alles op een friise lucht verspsprijdt zich.
Bomen die dansen in de harde wind.
Struiken die hun bloemen hebben gesloten.
Ineens voel ik je handen op m'n rug ik kijk om en zie jou daar staan.
Nog slaperig kijk je me aan.
Zacht omarm ik je en kus je in je hals
En kijk dan in je ogen.
Blauwe ogen, waarin ik zou kunnen verdrinken.
Vertellen mij wat jij wil samen gaan we naar buiten.
In onze korte broek rennen we door de regen tussen de bomen door
Ik pak je vast en kus je op je mond
Beide laten we ons zakken en liggen op het natte gras.
Terwijl de bliksem de hemel verlicht en de regen als een deken over ons heen valt
Beminnen wij elkaar, pure liefde vloeid door onze lichamen.
Je kijkt me aan terwijl je me bemint ik voel een tinteling door m'n hele lijf trekken
Als je op je hoogtepunt bent barst de hemel los en de bliksem slaat in op een boom.
Ik houd zo ongelooflijk veel van je, verlaat me nooit meer.