Het grasmeisje rolde door het groene groen.
Jongens met ontblootte bovenlijven lonkten
naar het mango-ijs op haar lip.
De kralenketting krulde om haar teen,
ze drong zich door mens en menigte
naar het schilderij van:
De zon,
die onophoudelijk scheen
en droomde van zonnebloemen en
zachte zomerbriesjes
om haar heen.