Jij mij de vruchten geeft
Als bloesem aan een tak
zag ik je schoonheid hangen.
Als zonestralen spraken je ogen
om te groeien, te verlangen.
Ik ontmoette je als ‘toerist’
om van het uitzicht te genieten.
Maar alles viel uitéén
omdat ze jou het uitzicht lieten.
Volgroeid als levensboom
- seizoenen hebben geen vat –
nu telkens vruchten geeft
Ons hart op waarde ingeschat
en nu versmolten leeft.