Ik kijk door het raam,
staar eindeloos voor me uit,
iets zegt me dat ik weer moet verder gaan,
maar mijn hart is er nog steeds niet uit.
Mijn hart wil nog niet doorgaan,
mijn hart wilt terug naar het verleden,
naar het mooie zorgeloze bestaan,
naar het mooie vrije leven.
Maar dan opeens schijnt de zon terug in mijn ogen,
en ik voel hoe de warmte mijn hele lichaam overmeestert,
ik voel terug de kracht om weer in de toekomst te geloven,
om steeds weer door te gaan in deze wonderbaarlijke wereld.