Voor de eenzame wachter
Verankert in 't zilte zand
het hoofd door levenswind gebogen
met uitgebluste, lege ogen
en een tot vuist gebalde hand
stil silouet van eenzaamheid
diep donker schip met averij
als wachtend op een nieuw getij
met zwakke hoop op beter tijd
wat bracht de leegte in je hart
de machteloosheid en de pijn
de wens van niet meer willen zijn
gescherpte kartelrand van smart?
ga mee over de duinenrij
naar waar een warm vuur brandt
toe, reik me toch je hand
en zoek wat troost bij mij.