Waar is die tijd nu toch gebleven
Dat je nog vroeg om twee glazen drank
Maar wat je kreeg dat was verkering
Om vervolgens uit te maken op moeders groene bank
Plakkende lippen gaven kringen op het gezicht
Geen vuile glazen op een oude bar
Maar verkering als een schoon gedicht
Met hier en daar je haren heerlijk door de war
Nu is het zo, O trieste tijd
Voor hele vele glazen drank
Stiekem sluipen door de bange werkelijkheid
om eenzaam te verslapen op een stoffige bank
Droge lippen verraden grote dorst
De eindeloze kringen van een bruin cafe
Geen lief of merg in lege borst
Je haren toch nog wel zo trots in dat gareel,
vermoedelijk met deze trieste, trieste tijd mee..
f.