Waarzegger wat zegt ons de Schoppen Boer
Wel deze kaart is die van het kindje
Men vertoeft nu in een goed gezelschap
Ons bestaan verblijd en looft je goedheid
Gedienstigheid komt al over de vloer
Als het teder volbrachte wens windje
Spreekt het kind de taal van onze vriendschap
En schenkt ons het vertrouwen wereld wijd
Maar mens houd toch steeds je hand aan het roer
Wees tevreden en altijd wel gezind
Laat je niet meeslepen door vijandschap
maar overweegt steeds de ware geaardheid
Ja die ene dag zijn wij kloek en stoer
en dan weer dat dom ironisch tintje
Van dit almaar door wisselend landschap
Tussen het heden en die eeuwigheid