Waarzegger wat zegt ons de Schoppen Acht
Dit is de kaart waar ik lang al aan dacht
Zij is als het aartsparadijs: de tuin
Maar hoed je toch voor al zijn cider schuim
De natuur in zijn creativiteit lacht
Want de omgeving waar je lang op wacht
wijs je opeens de weg naar het fortuin
Weg met al het kleine gezelschap puin
Vanaf nu zal je groot worden geacht
Je doet je intrede in volle pracht
Met de zon nu heel dichtbij wordt je bruin
Maar verbrand toch niet je te fiere kruin
Want er ligt altijd wel ergens een gracht
Waar nooit het zonnelicht ons heeft verwacht
En ligt deze tuin ver van ons en schuin
Dan zijn vrienden vals en hard als arduin