de fietser fietst
en baant zijn weg
over geasfalteerde wegen
hij houdt zijn eigen tempo aan
stoort zich niet
aan wind mee of wind tegen
hij trapt gestadig,onverstoord
als ik zijn fietspad kruis
ik sluit bescheiden achteraan
ik ben al bijna thuis
zo houd ik het wel even vol
trappend op zijn tempo
tot ik besluit
hem voorbij te gaan
even flink trappen
met die pedalen
ik weet hem in een mum van tijd
brutaal en zelfbewust in te halen
vanuit mijn ooghoek zie ik
zijn beledigde gelaat
ik fiets trots mijn eigen weg
terwijl ik hem
steeds verder achter me laat