Eindeloos begeer je mijn gedachten,
maar je bent niet van mij.
J eben de enige di eik zo haat,
maar je haat niet van mij.
Ik voer een stijdt met mezelf en het onderwerp ben jij.
Mijn hart vecht voor jou,
maar mij verstand pleidt me vrij.
Wie ben je?
Wat denk je?
Denk je aan mij?
Waar ben je?
Ik probeer je te berijken, pijn te doen.
Je kijkt me aan met een speelse blik,
je hebt geen pijn, je geeft geen kik.
Ik wil je zien stterven nezo als ik.
Waanzin,
Fantasie,
Verlangen.
Of schuitd er een waarheid in deze nachtmerrie?