hij zegt niets
kijkt voor zich uit
hij ligt op de grond
en zwijgt
een dood gezicht
met dode ogen
en de stilte
maakt het alleen maar erger
de kilte
tussen de muren
waar een klas van dertig
zich rond de zondebok plaatst
en dan is het stil
het eindelijke besef
wat ze hadden gedaan
nooit was het uitgelekt
nooit een probleem geweest
leuk
voor weinig hadden ze respect
maar nu
waren ze te ver gegaan
tè ver
dertig paren vragende ogen
allemaal op het lichaam gericht
de snijdende spanning in de lucht
en hij
het zwarte schaap
blijft roerloos en onbewogen
liggen
de rest gaat op de vlucht