‘Goedemorgen, mijnheer de Burgemeester. Mag ik U eventjes storen want wij zitten toch wel met een vrij ernstig probleem. Ik ben zo vrij geweest om onze papiervoorraad te inventariseren en ben tot de vaststelling gekomen dat wij met een wel heel nijpend tekort zitten. Het is namelijk zo dat wij door onze voorraad heen zitten. Ik denk, dat we nog net deze dag doorkomen zonder noemenswaardige problemen.’
De burgemeester trok lichtjes wit weg, en wist heel even niet waar hij het had. ‘Dit nieuws kon niet slechter komen,’ stamelde hij, ‘net nu al die nieuwe beleidsnota’s moeten worden opgesteld, in vijfvoud dan nog, kom jij hier doodleuk met de mededeling dat wij zonder papier zitten. Moeten wij het dan maar op blaadjes toiletpapier neerpennen of printen.’ Hij had ondertussen al wel wat meer kleur gekregen.
‘Dit wordt een regelrechte ramp, mijnheer de schepen,’ verhief hij zijn anders zo fluisterende stem.
Frank durfde haast niets terug te zeggen, maar wist dat hij helemaal geen andere keus had en schraapte al zijn moed bij elkaar.
‘Ik vrees dat het erger is, mijnheer de burgemeester. Héél wat erger! ‘Het is namelijk niet het schrijfpapier waar wij een tekort aan hebben, maar wij zitten door onze voorraad toiletpapier heen, op enkele velletjes na.’
De burgervader liet nu zowaar zijn pen uit handen vallen en trok nog witter weg dan de desbetreffende, bovenvermelde velletjes papier.
Het angstzweet begon stilletjes bij hem uit te breken terwijl hij beaamde: ‘dit is inderdaad erger, véél erger, dit is potjandorie een crisissituatie.’
‘Goed Frank, geen tijd te verliezen, we moeten overgaan tot onmiddellijke actie. Roep onmiddellijk alle schepenen op. Binnen het uur wil ik iedereen in het stadhuis aanwezig voor een gemeenteraadszitting bij hoogdringendheid. Zet er spoed achter, want dit is een probleem dat wij zo maar niet op zijn beloop kunnen laten. Daar is méér dan voorrang aan te geven!’
‘Dat is het nu net, stamelde Frank terug. Ik heb er de Wetboeken op nageslagen en daaruit blijkt dat dit een zaak is die niet zomaar op Gemeentelijk niveau te regelen valt. Het ligt allemaal veel gevoeliger. Als U in de gemeenteraad zou besluiten over te gaan tot een stemming, en de oppositie komt dwars te liggen, kunnen zij dit alles op de wel héél lange baan schuiven. Sterker nog, gewoon de boel blokkeren. Want je weet, mijnheer de Burgemeester, dat voor zulke zaken een tweederde meerderheid nodig is. Pas daarna kan een eventuele aanvraag tot aankoop aan bod komen, waar nogmaals zal moeten worden over gestemd, maar daar volstaat dan wel een gewone meerderheid. De helft dus, plus één stem.
‘Ik weet heus wel wat een meerderheid inhoud, buldert de Burgemeester nu, en meteen voegt hij eraan toe. Dit halen wij dus nooit, zeker niet in deze legislatuur. Ik vrees dat er gewoon niks anders opzit dan de Vlaamse Regering hiervan op de hoogte te stellen, en dit met de nodige spoedprocedures.’
Frank wist dat zelfs dit te laag gegrepen was en maakte de Burgemeester er attent op, dat dan wel eens de Franstaligen of het Brussel dwars konden liggen. Dat deze meer dan waarschijnlijk zouden struikelen over zaken als dikte, gevoeligheid, maar bovenal; de kleur.’
‘Hoezo, de kleur, snauwde de Burgemeester nu, rood zoals de voorbije vijf jaren. Rood en niet anders.’
‘Dit zal wel heel gevoelig liggen, opperde Frank, de Franstaligen hebben onlangs immers nog een amendement ingediend om de desbetreffende kleur te wijzigen wegens « te opzichtelijk. »
Zij wensen over te gaan naar een iets gematigder lichtroze. Zachter naar de samenleving toe, en voor iedereen aanvaarbaar in hun ogen.’
‘Dit is dus echt een regelrechte ramp, zuchtte de Burgemeester. Als de zaken er zo uitzien, hebben wij gewoon geen keuze meer. Ze verplichtten ons, om Federaal te gaan.’
‘Bel mij de Eerste Minister op, zodat deze op zijn beurt het kernkabinet kan samenroepen om vandaag nog een Wetsvoorstel tot aankoop in te dienen bij de voltallige regering. Het zullen aartsmoeilijke onderhandelingen worden om tot een evenwicht te komen tussen de verschillende gewesten, maar als iemand het zou kunnen, is hij het wel. Hij is er de geschikte man naar.’
‘Ja maar, zei Frank, Dan zijn wij er nog niet uit hoor. Zelfs indien de Federale Overheid een beslissing neemt, moet dit wetsvoorstel ook nog eerst naar het Europees Parlement. Het is niet zo maar een beslissing dat één land op eigen houtje kan nemen. Het is namelijk een onderwerp dat héél Europa aanbelangd, in méér of mindere mate dan toch. Maar ik weet nu al, dat wij ook daar op heel wat tegenkantingen gaan botsen.’
‘De kleur gaan onze Noorderburen nooit zien zitten, de dikte zal dan wel weer héél gevoelig zijn voor de meer zuiderse landen. Dan hebben wij het nog niet eens gehad over het ontwerp, motiefje of logo, en/of er al dan niet een geurtje aan toe te voegen valt.’
‘Dit gaan aartsmoeilijke onderhandelingen worden in het Europees Parlement, en als er ooit een akkoord uit de bus komt, moet het ook nog eens aanvaardt worden door de verschillende lidstaten, die op hun beurt de bevolking daarvan moeten interpelleren onder de vorm van een volksraadpleging.’
‘En dan nog hopen dat Amerika niet gaat dwarsliggen en zijn Veto stelt in de Veiligheidsraad, om alsnog alles te blokkeren….’
‘Weet je, Frank, onderbreekt de Burgemeester, wij houden dit beter stil, want als wij in dit potje beginnen roeren, zijn wij nog niet jarig.’
‘Geef mij het koffertje van het jaarlijks Burgemeesterbal eens aan.’ Eens geopend geeft hij twintig euro aan Frank met de mededeling. ‘Wil je zo goed zijn om hier om de hoek een paar pakken toiletpapier te halen. Die laatste zes maanden van onze legislatuur overbruggen wij zo wel.’
‘En Frank…..Zet er een beetje spoed achter, wil je, het is nogal dringend……….
danny cant © 2004
Over het hoe ons Belgenlandje in elkaar steekt, welliswaar met een korreltje zout.....