In het donkere duister,
lig ik naast jou,
in het donkere duister
zoek ik naar de armen die ik vertrouw.
In het donkere duister
voel ik ze sluipen,
in het donkere duister,
zie ik zwarte gestalten gluipen.
In het donkere duister,
sluit ik mijn ogen
in het donkere duister,
weet ik niet wat ik nog kan geloven.
In het donkere duister
trek je me dichter tegen je aan,
in het donkere duister
zal ik ze ooit verslaan.
In het donkere duister
luister ik naar je adem door de nacht.
In het donkere duister
weet ik niet meer wat je verwacht
in het donkere duister
lig ik naast jou
en vormt het de woorden om lief te hebben.