Hee jij, ja jij daar, meisje klein!
Vertel mij eens, waarom huil jij?
Een klein meisje zoals jou
Hoort toch te lachen, zoals zij?
Of is er iets gebeurd, wat je niet wou?
Maar klein meisje toch, ik wil helpen
Waarom sla je dan mijn troost af?
Of kan ik jouw bloeden niet stelpen?
Is er iets gebeurd met iemand om wie je gaf?
Wat zeg je? Verliet je vader jou en je moeder?
Waarom zou hij zo'n lief meisje verlaten?
Ondanks mijn onwetendheid, noem ik hem een loeder
Je bent vast boos en je moet hem vast wel haten
Wat zeg je? Weet je dat niet?
Daar heb je wel gelijk in, meisje klein
Als je hem haatte, voelde je nu geen verdriet
Hou dan van hem, ondanks alle pijn.