De Herfstwinterdag
De nacht nog niet verdwenen
Toen de dag al was verschenen
De natuur verkeert in tweestrijd
Op de herfstwinterdag
Water wordt sneeuw, maar later
Op de grond weer water
Het is te warm voor de winter
Maar te donker voor de herfst
De lucht, een grijze deken
Doet alle kleur verbleken
Versombert de mensen
En vergrauwt de huizen
Levenloos en verdroogd
Een zachte wind poogt
Het laatste blad
Tot leven te wekken
Een druppel op het raam
Laat zich langzaam
En dan weer snel
Omlaag gaan
Alles minder mooi
Het leven minder levend
De natuur doet haar beklag
Op de herfstwinterdag