Een visie op Nederland na een fles wijn
Ik had zo graag een onderdrukker gehad.Een entiteit die ik kon haten.
Een persoon of beweging die ik zonder blikken of blozen kon doden.
Helaas blijkt alles niet zo simpel te zijn.Mijn vijanden hebben geen gezichten.Ik kan ze niet benoemen in korte verhalen, boeken of in sentiment gedregde gedichten.
Ik heb te maken met wetten en regels die alles in de juiste banen moeten(leiden) lijden.
Geen diepte in gevoelens geen eerbesef, alleen een overduidelijke aanhef.
Ik had zo graag gevochten en gestorven voor een doel.Ik word gestopt door een”ik ben geen nazi”gevoel.
Geen burgeroorlog geen sadistische tirannen.Alleen het ongemak van ontspoorde jongeren die op de voorpagina van kranten blijven hangen.Maak je geen zorgen, onze luxe problemen maken er wel wat van.Lachend kotsen dat moet ik ervan.Het oordeel, het vooroordeel.Een woord te weinig een woord teveel.Op iedere mening kijkt iedereen zich politiek correct of politiek oncorrect scheel.
De grootste criminelen kan ik niet haten.Een persoonlijke kruistocht zou mijn leven niet baten.Zij dragen Duitse helmen en maken chopper geluiden.Zij hebben niets te maken met gele, half gele of zwarte huiden.Houdt de kleur erbuiten.Wij kotsen over loopjongens terwijl miljoenen deals worden besloten nog erger zonder deze overeenkomsten lagen er veel meer melkflessen in de goten.
Dit is niet links of rechts dit is recht door zee.Hell’s Angels die voor 3 miljoen cocaïne scoren daar zitten wij niet mee.Noord-afrikaans gastjes met een gejat handtasje, daar laten wij alles maar op los, Maar vergeet niet degene die schreeuwt is uiteindelijk zelf de klos.De angst of woede die loskomt, is een wapen en iemand is iemand anders wat wapens aan het leveren.Leg vooral hout op het vuur.Degene die raad wanneer de munitie ontbrandt, wint de loterij.
Er is een dodenlijst en ik zet nationale zelfmoord er zelf maar bij.