We lopen samen door een wei
Zij geeft een duw, ik val
Ze buigt zich lachend over mij
En kust me overal
We strelen plaatsjes ondeugdvol
Niemand die ons ziet
Links en rechts een koeiedrol
Maar dat deert ons lekker niet
We kijken uren naar elkaar
En worden het nooit zat
De koeien kijken wel wat raar
Want zij knuffelt me haast plat
We fluisteren zachtjes honderduit
Geheimpjes van het hart
Op de achtergrond hoor je een wuit
Die een serenade start
En zo valt zoetjesaan
De dag weer in de nacht
En we worden zacht door Jantje maan
Wiegend saam in slaap gebracht