De tijd.
Een jaar telt 365 dagen.
365 dagen om doorheen te jagen.
De tijd, hij gaat zo snel.
In een jaar gebeurt zóveel maar weet de tijd dat wel?
De tijd, hij gaat gewoon zijn gang.
Alleen het wachten duurt soms lang.
De tijd, zou het hem niet kunnen schelen,
dat een mens geeneens de tijd meer heeft om zich te vervelen?
De tijd, hij gaat maar door.
En eventjes op adem komen, daar is geen tijd meer voor.
De tijd, neemt voor een moment nog geen seconden.
En waar die haast voor nodig is, dat kan geen mens doorgronden.
De tijd, geeft je een leven om te leven.
Maar leef je echt, dan duurt dit maar heel even.
De tijd, hij geeft je altijd net te weinig.
En van dat tijdtekort wordt je alleen maar chagrijnig.
De tijd, hij is door geen mens te stoppen.
Voor de tijd, kun je, je niet verstoppen.
De tijd, hij heeft altijd zoveel haast.
Hij gaat altijd sneller dan je denkt, zodat hij je telkens weer verbaasd.
De tijd, dag in dag uit gaat hij voort,
hij zorgt dat hij niet ontspoort.
De tijd, hij laat zich niet verlengen.
hij laat zich niemand in zijn schema mengen.
De tijd, hij geeft een tijd van komen en een tijd waarop je gaat.
altijd keurig op de maat.
De tijd, hij zal nooit eens even tijd voor je maken.
Nooit zal hij ook maar een seconde staken.
De tijd, hij doet toch wel wat hij wil.
Zelfs al zet je alle klokken stil.
De tijd, nooit zal hij blijven staan.
hij gaat gewoon, even hard door, daar kun je van op aan.
De tijd, al zijn de dagen lang of kort,
hij zorgt dat het op tijd weer donker wordt.
De tijd, hij maakt geen onderschijt.
De tijd? die kent geen tijd!
Auteur: Reminder | ||
Gecontroleerd door: Sheena | ||
Gepubliceerd op: 25 februari 2005 | ||
Thema's: |