Jouw ijsblauwe ogen hebben de frisheid van de winter.
Hun helderheid van het kristal hebben me licht gegeven.
De kleur van je hart heeft onze liefde verhindert samen te binden.
Je hebt de ziel van een onschuldig kind.
Ik heb jou al mijn liefde gegeven.
Ik heb je laten leven als in een paradijs.
Maar je blijft mijn gelijke in onbuigzaamheid...in geduld...in trouw.
Maar ook in het zich blijven herinneren van pijn...
en in de behoefte om te leren vergeven.