Ik schenk de komende weg
een blik toe van vertwijfeling.
De gekleurde stenen, waarin
in enkele seconden mijn hand
een houvast zoeken gaat.
Zon schuil even
langs de andere kant,
dan op de weg die ik nu volg.
Bengelend aan een draadje
tussen leven en dood .
Ik klim bergen hoog
tot aan de koude ijstoppen
van genegenheid.
Zuurstof komt me te kort,
als ik kreten van genot sla.
Op duizenden meters
boven de bewoonde aarde
blijf ik genieten,rust tot me komend.
Mijn puur verlangen
eindelijk gesust door het prachtige uitzicht.