Je staart soms voor je uit
Geen lach op je gezicht
Overal is het te luid
Je verdraagt geen buitenlicht
Nooit geen vrolijkheid
Alles voor u zo negatief
Vieze woorden zonder spijt
Je zegt nooit 'kind, je bent lief'
Onze hartjes zo verscheurd
Door de vernederende woorden
Onze huid heel grauw gekleurd
Het leven voor ons op dunne koorden
Je gemoed is voor ons een grote straf
Als wij (in onze ogen) iets goeds doen,
vind je ons heel laf
het is,in uw ogen, voor de poen
(maar wij doen het voor een zoen)
wij zijn zo klein op deze aardbol
zo breekbaar van verdriet en haat
nu is het genoeg, de maat is vol
de liefde komt te laat
...
Geschreven voor mijn zussen om door te zetten en weet dat wij samen moeten doorstrijden.