De laatste zomerdag
De grassprietjes prikken zachtjes in mijn armen
Ijs smelt in mijn mond.
De warme zon op mijn rug.
En jij die mijn echte ik vond.
De geur van zonnebrandcreme die langzaam intrekt
Jij die de glazen van je zonnebril schoonboent
De vlinders fladderen rond
Terwijl je me zachtjes zoent
De helderblauwe lucht, vogels fluiten een melodie
De warmte op mijn gezicht
Jouw huid tegen de mijne
Ik zie je met mijn ogen dicht
Langzaam zakt de zon, de lucht koelt af
De vlinders verdwijnen, de vogels houden op met hun lied.
En daar lag ik in het gras.
Toen jij mij achterliet.