DE KONINGIN
Fijn,
de tandenloze verzen
zonder rijm.
Het oeverloos gebrabbel,
de werkelijkheid te grabbel,
is dat
om trots te zijn?
Het dagelijks gemekker,
het nadoen van die Jekkers,
is dat
om vrolijk van te worden?
Elkaar beloeren
en de mond te snoeren?
Onderscheid
en profileren,
ja, dat willen ze
die heren.
Gewoon
hormoonbepaald.
Dat alles
om die ene,
voor wie ik kies.
De koningin van podium!
Magistraal
in haar gedichten.
Meester in het twisten.
De roeping
die zij heeft,
vergeeft,
haar scherpe kantjes,
creƫert extravagantjes,
ZIJ IS MIJN DOEL.