Zeepbel.
Ik lig behaaglijk in het gras, zo ik belief,
En kijk verheerlijkt naar de zon,
Denk dan, misschien wel wat naïef;
Als ieder mens die warmte geven kon.
Kinderen, bellenblazend. Bal na bal,
Zoekend op deze aard hun baan,
Bevindend zich in dit onmetelijk heelal
Tussen duizenden sterren en de maan.
′t Universum, waarin het leven zich bevindt,
Kinderen spelend in hun naakte lijven,
Juichend als een bal weer springt,
Kon die onschuld eeuwig maar zo blijven.
Maar niemand wil die vrijheid kussen
Mensen hebben maar weinig gemeen.
Geen speld krijg je er nog tussen,
De ballen spatten met geweld uiteen.
Was de wereld als die kleurige ballen,
Maar ons wacht een ander lot,
Dus wat doen we met zijn allen:
Elkaar afslachten, uit naam van dezelfde God.
15-2-05
b.koopmans: | Zaterdag, juli 15, 2006 14:20 |
ik word hier echt stil van... en ik ben het helemaal met je eens,ik kijk regelmatig naar mijn 2 mooie kindjes en als ik ze ze dan met zoveel schoonheid en onschuld zie spelen,denk ik ook kon het maar altijd zo blijven. en vraag ik mij werkelijk waar af waarom er zoveel mensen,elkaar zoveel pijn doen.En de mooie zeepbellen kapot maken!! |
|
Will Hanssen: | Vrijdag, mei 13, 2005 20:24 |
Prachtig dit gedicht, maar wel triest.....laten we massaal gaan bellen blazen..... Liefs, Will |
|
milamber: | Vrijdag, mei 13, 2005 18:42 |
Sterk! erg goed gedicht! nice nice, vely nice indeed. groetjes kerwin |
|
Auteur: neznaj | ||
Gecontroleerd door: fox_bert | ||
Gepubliceerd op: 13 mei 2005 | ||
Thema's: |