Wat een totale ommekeer...
Na de confrontatie kreeg hij hoop...
Was het door de blik in mijn ogen?
Of door zijn ijzersterke wil om me terug te krijgen?
Een leugen die begon in oktober
(het vervolg)
Brieven kreeg ik, elke dag weer één erbij.
Voor het eerst na dagen,
opende ik degene die me het meest opviel.
Een zachtblauwe enveloppe met een hemelse wolk erop.
"Mijn meisje" zo begon het...
"Mijn meisje, woorden van spijt komen te laat
en vergeving vraagt tijd.
Maar geloof me,
al sliep ik met een vrouw...
Zij die je schoonheid evenaart,
zij die met fonkelende ogen zo lief lacht,
het maakt niet uit.
Mijn ware liefde heb ik aan jou geschonken."
Moeilijk was het
om een snik te onderdrukken,
'tuurlijk komt spijt te laat.
Als ik je ware liefde ben, waarom heb je me dan belogen
en moest ik het allemaal van een ander horen?
Vragen en antwoorden spoken door mijn hoofd.
Hou ik van hem?
Misschien is er nog hoop.
Zal hij me niet opnieuw bedriegen?
Weet je niet.
Al ben ik niet voor bedriegen en liegen
denk ik bij mezelf:
Een nieuwe start misschien?
_____________________________
wat vooraf ging:
Een leugen die begon oktober
Maandenlang heb ik gezwegen,
Maandenlang heb ik zijn leugen voor mezelf gehouden.
Ik heb minstens 10 keer voor zijn deur gestaan.
Heb tranen weggepinkt en met verbitterd hart de benen genomen nog voor de bel enig geluid kon produceren.
Ik kon het niet meer aan en ben op hem afgestapt.
Hij zag de pijn in mijn ogen en zijn gezicht keek droef.
"Meisje", zei hij. "Het spijt me... werkelijk"
Hij hield van me. Maar
hield ik nog wel van hem?