Er gaat nooit een dag voorbij
Ik zit alleen, ineen gedoken
Ik ben een schaduw van de vrouw die ik ooit was
m´n hoofd is leeg, m´n hart gebroken
en m´n handen houden jou nog altijd vast.
en er gaat nooit een dag voorbij
dat ik jou niet meer voel
of dat ik jou niet meer mis
en het bed is te koud voor mij
wanneer het niet door jou beslapen is.
dit warme huis, wordt alsmaar killer
tot de tijd je laatste sporen heeft gewist
Ik schreeuw je naam en sluit m´n ogen
wacht op antwoord, ook al heeft het weinig zin
´k blijf geloven dat jij m´n stem hoort, ook al is het tegen beterweten in.
en er gaat nooit een dag voorbij
dat ik jou niet meer voel
en dat ik jou niet meer mis
en het bed is te koud voor mij
omdat het niet door jou beslapen is.