Jouw wervelwind van woede, heeft ons huis verlaten.
Wat ons niet wist te behoedde, was het eindeloze praten.
Starend naar een lege kast, waaruit je slechts je kleding nam.
Jouw geur en echo, nu een last, het legt mijn hele denken lam.
Verdoofd door het verleden, raak ik los van nu en morgen.
Ik schuw het helse heden, het is veel te cru met al z’n zorgen
Twee harten, één reactie, met ongekende kracht !
Als een losgeslagen taxi, die ons naar de mooiste plekken bracht.
De onmacht en de pijn, het ballen van mijn vuisten
Breng me waar ik nu wil zijn, waar onze paden kruisten !
We raakten in elkaar verweven, door passie die ons greep.
Doch een rationeel gegeven, die onvermijdelijke streep.
Hardnekkige verschillen hebben alles nu verzwolgen.
Twee harten die wel willen, maar karakters die niet volgen.
Verleden en geborgenheid, die warme jas past mij niet meer.
Toekomst en onzekerheid, als vers groen gras bij lenteweer.