Ik loop een eind op weg.
MIsschien vlucht ik iets te hard.
Ik loop langs wegen die ik niet ken .
En hoop dat ik dat verdwaalde mensen mij herken.
Ik loop langs bossen heel eng en raar.
Is het hierin waar ik mijn hart bewaar.
Nee het is te donker en te grauw.
Maar welke kant moet ik nu op nou.
Steeds loop ik verder en zie dan opeens een weide.
Zo mooi en zo prachtig.
Kleuren stralen daar mij tegemoet.
En daar zijn de mensen die ook zijn verdwaalt.
Ik kijk wat rond.
Ja dit is mijn leven dat die nog bestond.
Op eens reikt er een hand naar mij.
Het is een vrouwen hand.
De hand is lief voor mij en zegt .
Wees niet bang.
Jij bent de gene die te veel van je eigen verlang.
Wees eens een mens,
En niet een die weg is maar kom terug.
Ik kijk op en ik zie jou.
Gewoon jezelf zie ik staan.
Met een spijkerbroek aan.
Ja ik herken jou uit duizend mensen.
Jij bent degene die niets van mij wilt wensen
Jij bent mijn vriendin.
Ik weet dat het soms moeilijk is met mij.
Maar een of ander manier laat jij mij niet in de steek.
Ik mag zelf jou troosten als je in de put zit.
MIkki jij bent mijn zon in mijn leven.
Je neemt me mee en je laat me zien wie ik ben.
Het is net als of ik droom.
Maar toe laat mij dan maar dromen .
Voor de rest van mij leven.
Want jij bent degene die mij het laat beleven.
(dankje wel ik ben trots dat ik jou soulmate mag zijn)