Samen met jou
Ik liep doelloos door de woestijn.
Al groeide er de mooiste bloemensoorten,
al waren zandkorrels, parels die
blonken in al hun schoonheid,
de oases waren echt.
Ik kon eten en drinken, al was het in het:
“Land van melk en honing”.
En toch was ik ziende blind.
Was mijn ik hebben, te gulzig.
Tot ik jou vond en we samen de
wegen bewandelden in deze woestijn
van dorheid, hitte , kou.
Is het dit, wat ik wou, samen met jou?
JP