een verdoken traan,
glijdt langzaam langs je masker,
van gewapend beton
met scheuren.
en heel soms,
als de zon mooi schijnt
zie ik je gezicht,
broos als een pasgeboren kuikentje.
een droef gezicht,
met een ondraaglijke last,
het masker,
drukkend op je vreugde.
werp je masker af ,
mooi als je gezicht is,
vergeet je verdriet,
wees jij.