Een terug blik op mijn leven voelt als een steek in m'n hart.
Want alles wat ik zag was zwart.
Alles waarvan ik hield raaktte ik kwijt.
Het was verschrikkelijk die eenzaamheid.
Zo erg dat ik zelfs een einde aan m'n leven wou maken.
Iedereen bemoeide zich maar met mijn zaken.
Ik wou alleen zijn, om na te denken over wat ik precies wou.
Ik moest mezelf bevrijden uit die kou.
Niemand zou me toch kunnen helpen, ik wou alles zelf oplossen.
Niets of niemand kon me uit de pijn verlossen.
Me school is verkloot en daarvan heb ik spijt.
Spijt tegen over me ouders, want zij hadden ook geen leuke tijd.
Eerts me oom die zelfmoord pleegde, toen me tante aan een hartaanval.
En toen de moeder van mijn moeder, alles werd een zwarte dal.
Me broer die schizofreen is, het werd gewoon teveel.
Elke lach van mij was nep... het was toneel.
Nu, alles gaat nu zo'n beetje goed.
Door me vriend kreeg ik die moed.
Nu, respect voor me pa en moe.
Tis afgelopen met het gedoe.
Nu, wil ik denken aan het heden.
Heb nu wel genoeg geleden.
Nu, wil ik alleen nog gelukkig zijn.