Vijf en veertig zeer mooie rode rozen
Hebben wij allen hier voor jou gekozen
Je man, je kinderen en ook je kleinkind
Jij die zich overal in ons hartje bevindt
Zo zie ik jou, op je verjaardag blozen
Bij wenskaartjes, vol cadeautjes in dozen
Alsof ik jou hoor zingen boven de wind
Oh wat ben jij vandaag toch wel gezind
Of wou je op die dag even verpozen
Om zo het verleden eens goed te lozen
Die nu al het verdriet tot vreugde vertint
Bij deze tuil versiert als familielint
Ik zou je vijf en veertig keer liefkozen
Kon ik het verleden zo terug hozen
Want al wordt ik wellicht oud en stekeblind
Nooit vergeet ik jou die mij zo heeft bemind