Ik zie een meisje voor de spiegel staan.
Ze kijkt zichzelf recht in de ogen.
Een blik vol haat.
Het lijkt alsof ze denkt dat mensen haar niet mogen.
Ik zie een meisje voor de spiegel staan.
Er zit bloed op haar armen.
Ik zie littekens en sneeën.
Het lijkt alsof ze niemand heeft die haar op wil warmen.
Ik zie een meisje voor de spiegel staan.
Het lijkt alsof ze zich daar niet thuis voelt.
Alsof ze ergens anders heen wil,
Ergens anders op doelt.
Ik zie een meisje voor de spiegel staan.
Ze voelt zich zo klein en nutteloos.
Ze heeft een nepglimlach op haar gezicht.
Ze verbergt wie ze is, anders worden mensen boos.
Ik zie een meisje voor de spiegel staan.
Een meisje dat het nu wel gezien heeft.
Een meisje dat nu even geen zin meer heeft.
Een meisje dat van angst.. beeft.
Ik zie een meisje voor de spiegel staan.
Ze heeft een nare blik.
Alsof ze iets zeggen wil.
He… maar… dat meisje… dat ben ik!