Er is een tijd waarin ze
voorbijgaan. Waarin ik ze zie
en geen hoofd zich draait.
Er is een tijd wanneer het
vriest, bijt in mijn vlees,
zijn tanden zet, schraapt.
Er is een tijd waarin ik denk
dat ze weg zijn, enkel nog
hun koude vingers voel
op een rug die denkt sterk te zijn.