Want voor altijd laat jij
een voetstap op m'n pad
dwalend of strompelend
blootvoets door het nat
De vogels kennen je zang
als een vreemde harmonie
je leerde hen luisteren
naar stilte's melodie
Tijd die je schaduw
te graag achterliet,
in levend verlangen
verscholen in het riet
Hij die er wacht
blijft graag in de waan
dat zinloze woorden
nooit hebben bestaan
Voor schaduw vervaagt
niet zonder je kan
leer deze dimentie nog
houden van