Koud
kil
stil
zit het meisje,
starend naar
de sneeuw.
En wat
er onder ligt.
Haar vlechten
op het venster
zeggen
dat ze rustig is.
En zwijgend
tuurt ze voort,
dieper dan
de sneeuw
en verder
dan de horizon
die niet bestaat.
Voor haar
is de winter
een zicht op
de wereld
in haar fantasie.